Wordt het liberaler of socialer?

Het jaar 2002, dat net achter ons ligt, zal ongetwijfeld de geschiedenis ingaan als één van de meest turbulente uit de Nederlandse politieke geschiedenis. En het ziet ernaar uit dat ook 2003 van plan is niet in het grote boek van de vergeten jaartallen terecht te komen. Welke kant gaan we op in 2003? Daarover beslissen de kiezers, maar ook de voorlieden van andere politieke partijen. Bijzonder dit keer is dat de SP binnenkort tot de grotere partijen gaat behoren. Om ieders politieke positie voor de komende tijd duidelijk te maken, richt ik me tot mijn opponenten, onder wie Wouter Bos, Gerrit Zalm, Peter-Jan Balkenende. Het is even wennen voor die partijen, die sinds jaar en dag gewend zijn onderling na verkiezingen de knikkers en de poppetjes te verdelen. Maar díe tijden zijn over – en dat is maar goed ook. Bij verkiezingen moet er iets te kiezen zijn en het is erg plezierig dat veel kiezers momenteel aangeven méér te voelen voor ónze koersvoorstellen dan voor de oude politiek die VVD, CDA en PvdA sinds 1977 gebroederlijk hebben gevoerd. Voor iedereen die zich afvraagt waaróm allerlei zaken in onze samenleving niet of niet meer op orde zijn, is het goed om te beseffen dat ons land, na het eerste en laatste linkse kabinet uit onze geschiedenis, dat van Joop den Uyl, altijd geregeerd is door combinaties van deze drie partijen, soms aangevuld met D66 of zoals de afgelopen maanden met de LPF. Hoewel beide genoemde partijen een rol van betekenis hebben gespeeld, zijn het toch vooral CDA, PvdA en VVD die ons iets hebben uit te leggen.

VVD 25 jaar aan de knoppen

Om te beginnen de VVD, die nu met Gerrit Zalm stevig de trom roert en vertelt dat het op veel fronten allemaal anders moet, en dat we het land vooral aan premier Zalm moeten toevertrouwen om alles weer op orde te krijgen. Mooi gezegd – maar is het niet de VVD die sinds 1977 op vier jaar en zes maanden na hier in het land aan alle knoppen van het beleid heeft gezeten? Is het niet VVD-beleid geweest dat ons wijsmaakte dat we de publieke sector moesten uitkleden en zaken als zorg en onderwijs, vervoer en veiligheid, milieu en media moesten overlaten aan de door de liberalen bewierookte vrije markt en dat niet gekozen volksvertegenwoordigers maar zelfbenoemde ondernemers het beste het belang van allen zouden kunnen garanderen? We hebben gezien waartoe ons dat heeft gebracht.

Laat ik er één kwestie uitlichten: de treurige teloorgang van Neerlands trots, de Nederlandse Spoorwegen. Het is vreemd te moeten constateren dat de dienstregeling van de eerste trein die in 1839 van Haarlem naar Amsterdam reed, waarschijnlijk een stuk betrouwbaarder was dan die van 2003. De NS beschouwen het laten rijden van treinen als een helse klus en laten voortdurend omroepen dat de trein vanwege logistieke redenen, vallende bladeren en vierkante wielen helaas niet kan rijden… De NS zitten op een dood spoor, verder rijden is vragen om ongelukken. Dus móeten we van richting veranderen. Eén van de belangrijke punten voor de SP moet daarom zijn hoe we van de Nederlandse Spoorwegen weer ónze Nederlandse Spoorwegen kunnen maken.

Treinen mogen niet langer een speeltje zijn van hen die denken dat openbaar vervoer een product is. Openbaar vervoer – en dat geldt dus ook voor de busbedrijven in ons land – is een nutsvoorziening en verdient het om ook als zodanig behandeld en geholpen te worden. De directie van NS geeft het eigenlijk ook toe: men wil afzien van een volgende prijsverhoging als de overheid met geld over de brug komt. Weg met het fabeltje van ‘product’ en ‘klant’ en ‘markt’. Geen probleem – wíj zeggen het al veel langer. Maar als we geld géven willen we ook weer de zeggenschap némen. De ellende heeft nu lang genoeg geduurd. Wij zeggen: pak de trein en de bus terug. Als de SP meepraat over het beleid in dit land, dan hoort daarbij dat treinen en bussen gewoon weer op tijd gaan rijden, tegen een redelijk tarief en met een optimaal comfort. Als zoiets teveel gevraagd is in het rijkste land van de wereld, dan is er iets goed fout gegaan en dient dat snel en zonder dralen te worden rechtgezet. Zoals gezegd: voor ons is dit een harde zaak. De miljoenen mensen die dagelijks van trein, bus, tram en metro afhankelijk zijn hebben recht op goed vervoer, op de juiste tijd, naar de juiste plaats. Ik zei het al eerder: laten we weer recht doen aan oud-Hollandse uitdrukkingen als ‘dat rijdt als een trein’ of ‘dat klopt als een bus’!

Niet alleen de trein zit op dood spoor. Dat geldt ook voor andere sectoren waar de VVD in de afgelopen 25 jaar de richting gewezen heeft en waarvan we nu vaststellen dat we richting bos, botsing en afgrond gestuurd zijn. De privatisering van de energiebedrijven leidt niet tot lagere lasten en meer service voor de gewone burgers, maar hooguit tot voordeel voor grote bedrijven die toch al niet slecht in de slappe was zaten. De schaalvergroting en uitverkoop van de energiesector heeft ook geen moderne bedrijven opgeleverd – een paal omver rijden en heel Rotterdam zit zonder stroom! En het is een aanfluiting dat onze verzelfstandigde energiebedrijven het blijkbaar belangrijker vinden om ons in peperdure advertentiecampagnes te vertellen hoeveel ze van elkaar verschillen en hoe buitengewoon veel beter hún stroom en gas zijn dan die van de concurrentie, dan om ons te garanderen dat er doodgewoon gas uit de gasleiding en stroom uit het stopcontact komt. In Amerika zeggen ze: If it ain’t broken, don’t fix it! Kan iemand dat eens snel vertalen voor Gerrit Zalm en andere VVD’ers, die ondanks alles nog steeds zeggen dat méér markt en mínder overheid een zegening zijn voor het land?

CDA en PvdA moeten kiezen

Ik keur het neoliberale beleid volledig af, dat mag duidelijk zijn. Maar ik heb ook nooit onder stoelen of banken gestoken dat ik de politieke duidelijkheid van diezelfde VVD waardeer. Je weet wat je krijgt als je Zalm en de zijnen kiest. Kaviaar voor weinigen, kruimels voor velen. Ofwel een samenleving waarin het ieder voor zich dominant is. Ik geloof niet in ieder voor zich, ik geloof in allemaal voor elkaar. Tegenover het doelbewuste liberale van de VVD stelt de SP het doelbewuste sociale. Mensen kunnen niet zonder elkaar, en mensen kunnen mét elkaar heel veel. Díe waarheid inspireert de dagelijkse politiek van de SP. Onze meetlat is eenvoudig: we kiezen consequent voor menselijke waardigheid, gelijkwaardigheid en solidariteit. Elk plan, iedere maatregel, elke stap of handeling die daaraan bijdraagt krijgt gegarandeerd onze steun; alles wat er tegenin gaat, kan op ons verzet rekenen. Die stellingname plaatst ons diametraal tegenover de VVD. Inderdaad , een stem vóór de SP is een stem tégen de VVD. Dus wie liever Zalm op zijn bord dan in de regering heeft, weet wat hem of haar te doen staat.

Of de VVD in de komende jaren weer de kans krijgt achter de knoppen van beleid en bestuur te blijven, hangt vooral ook af van de opstelling van twee andere partijen: het CDA en de PvdA. Zonder hún steun had de VVD nooit kunnen doen met dit land wat ze nu heeft gedaan. Als de VVD de pyromaan was, leverden CDA en PvdA de lucifers! Mooie beeldspraak? In ieder geval écht waar! In de afgelopen 25 jaar waren het afwisselend CDA en PvdA die in ruil voor een plek in de macht steeds bereid waren het beleid in essentie over te laten aan de neoliberalen. Zoals Bolkestein het ooit fijntjes zei na het aantreden van het eerste paarse kabinet: ‘ de PvdA levert de premier, de VVD het beleid’. En zoals Zalm zei na de totstandkoming van het kabinet-Balkenende: ‘ namens de VVD ben ik er dik tevreden mee!’

Nu vragen CDA en PvdA weer om de steun van de kiezers, omdat ze vinden dat het anders en beter moet in dit land. Maar zullen Balkenende en Bos niet eerst moet uitleggen waarom ze in het verleden de VVD aan de macht hebben geholpen en gehouden? Premier Balkenende zegt nog steeds dat hij voorkeur geeft aan een regering met de VVD, maar dat hij een andere regering ook niet op voorhand uitsluit. Ik hoop dat alle kiezers die zich christelijk geïnspireerd weten en zich sociaal voelend noemen, zich terdege realiseren dat een stem op Balkenende kan eindigen met Zalm in het Catshuis en heel veel burgers in de kou! Balkenende houdt ervan om te zeggen dat het CDA niet rechts en niet links is. Dat kan ik me voorstellen, die begrippen zijn, niet in de laatste plaats door toedoen van het neoliberalisme door de PvdA, in diskrediet gebracht. Maar het CDA moet wel duidelijk zeggen of haar koers voor de toekomst liberaal of sociaal zal zijn. Bij de val van het kabinet-Balkenende heb ik gezegd dat ik het tragisch voor de premier vond en hem als zodanig best nog wat meer tijd had willen gunnen. Ik beneed hem niet als leider van een kabinet dat bij zijn komst al gedoemd was om aan heibel en herrie ten onder te gaan. Maar nu het zover is, hoort Balkenende zijn premierpet af en zijn lijsttrekkerspet op te zetten: ook híj moet aan de kiezers vertellen welke koers van de samenleving híj prefereert. Hij is niet gedwóngen tot samenwerking met de VVD, hij heeft de keus: hij kan zijn nekspieren alvast oefenen met deze beweging, inderdaad : van rechts naar links, met het hoofd in de richting van het hart.

PvdA: waarheen?

Ook Wouter Bos kan meeoefenen met Balkenende. Na acht jaar paars, waarin Wim Kok zich tot vreugde van de VVD en tot afschuw van heel veel SP- én PvdA-kiezers, steeds verder van links naar rechts bewoog, zijn ideologische veren verloor en de leider werd van een neoliberaal kabinet dat zowat alle naoorlogse verworvenheden in de etalage zette en te koop aanbood, moet Wouter Bos aangeven waarheen híj de steven van de samenleving wil richten. Hij heeft begrepen wat de kiezers op 15 mei hebben gezegd – zegt ie. Hij wil het echt anders doen – zegt ie. Maar wat betekent dat in de praktijk? Zet Bos een dikke streep onder het paarse avontuur en zegt hij met mij dat dit, tenminste achteraf gezien, een hele foute keuze van de PvdA is geweest, een fout die nooit meer herhaald moet worden? Zegt hij met mij dat de PvdA sociaal hoort te zijn of net zo goed niet kan zijn? Zegt hij met mij dat linkse kiezers trekken om een rechts beleid mogelijk te maken, een vorm van cynisme is waaraan de PvdA zich onder zijn leiding niet meer schuldig zal maken?

In de afgelopen maanden, met de PvdA in de oppositie, is er méér steun voor de voorstellen van de SP van die kant gekomen dan in alle jaren waarin de PvdA regeerde en alle, werkelijk álle voorstellen van onze kant van de hand gewezen heeft. Ik heb onlangs een kop koffie met Bos gedronken, iets waartoe Melkert nooit bereid was. Da’s vooruitgang, zeker. Maar met één kop koffie spoel je de smaak van acht jaar paars niet weg. Maar ben gerust: de SP zal ook in de toekomst élk sociaal voorstel van PvdA en CDA steunen. Wij zijn níet eenkennig, wij zijn níet bevooroordeeld, wij zijn onze wellicht wat al te rigide houding uit het verre verleden alláng kwijt. Ons gaat het om één ding: een sociale samenleving. Alles wat dááraan bijdraagt, krijgt gegarandeerd onze steun. Daar mag iedereen ons aan houden.

Ik wil Wouter Bos aanspreken op iets waarover hij zelf het debat geopend heeft: de invoering van het nieuwe zorgstelsel. Ik ben het hartgrondig met Bos eens dat uitstel meer dan nodig is. Heel veel mensen schrikken zich rot als ze zien wat deze regering hen voor onzalig hoge nominale premies wil laten betalen. Het nieuwe zorgstelsel komt er niet om de zorg beter te maken, maar om ook dit deel van de publieke sector als product in de markt te zetten. Het nieuwe zorgstelsel is niet logisch, het is ideologisch, het is paarsplus, pimpelpaars. Daarom wil de SP graag meehelpen om uitstel van invoering van dit heilloze zorgstelsel te bewerkstelligen. Maar: wil de PvdA de SP helpen om van uítstel ook áfstel te maken, kortom: kiest de PvdA met de SP voor een ander, bij de tijds zorgstelsel; ’n zorgstelsel gebaseerd op solidariteit van rijk met arm, gezond met ziek, jong met oud, met optimale voorzieningen en premie naar draagkracht? Zal de PvdA na de verkiezingen mét ons voor die koers kiezen? Voor ons is ook dít een hard punt. Hoe hard is de PvdA als het om de bekostiging en organisatie van de zorg gaat? Tijdens acht jaar paars is het geweldig fout gegaan, juist in dit deel van de publieke sector. Kunnen we nu wél rekenen op de PvdA, om de zorg nu echt de aandacht en de steun te geven die ze volgens een overweldigende meerderheid van de Nederlandse bevolking verdient? Ons voorstel ligt al op tafel, doorgerekend door het Centraal Planbureau en betiteld als het meest sociale van alle plannen op dit terrein. Wij willen zaken doen, wie doet er met ons mee?

Hoog op de agenda

De komende tijd moeten natuurlijk meer zaken extra aandacht krijgen. Ik noem garanties voor het wegwerken van de wachtlijsten in de zorg en het erkennen van een zorgplicht; ik noem het bij de tijd brengen van ons onderwijs, dat onder acht jaar paars en één jaar pimpelpaars tot onder het gemiddelde niveau van de geïndustrialiseerde wereld is gedonderd; ik noem het vlot trekken van het vastgelopen integratieproces (waar het parlement op voorstel van de SP nu eindelijk een onderzoek naar instelt). Ik noem de absolute noodzaak om effectieve maatregelen te nemen ter bevordering van de veiligheid, in de ruimste zin van het woord, dus bescherming tegen criminelen maar ook tegen onveilige situaties. Die situaties zijn er, zo weten we na Enschede en Volendam, veel meer dan eerder gedacht. De SP wil dat er op korte termijn maatregelen komen op die plaatsen in het land die aantoonbaar potentieel gevaarlijker zijn dan gemiddeld.

Het laatste punt waarbij ik wil stilstaan is de economische ontwikkeling. Na jaren van economische voorspoed, hebben we nu de wind tegen. Hoe hard en hoe lang is niet duidelijk. Sommige economen wijzen op mogelijke tekenen van herstel, anderen waarschuwen dat de economische winter langer kan duren dan velen hopen. Heel veel heb je niet aan die voorspellingen. Economen lijken veel op de Erwin Krollen, Helga’s van de Leur en Peter Timofeeffen. Ze hebben de elfstedentocht nog niet voorspeld of ze laten je de schaatsen alweer op zolder zetten. Nog erger zijn de vertegenwoordigers van ondernemend Nederland. Bij de eerste de beste tegenwind, na jaren de wind méé te hebben gehad , verschijnen ze op de televisie om met een donker gezicht te zeggen dat ú het gedaan hebt en ú dus ook zult moeten bloeden. Matig de lonen, snij in de collectieve sector, en geef extra gul aan subsidies en belastingkortingen aan de particuliere ondernemingen.

Mag ik de heren – vrouwen zijn blijkbaar verstandiger, ik hoor ze althans niet dit soort mantra’s mompelen – erop wijzen dat de winsten in het achterliggende decennium hoger waren dan ooit in de geschiedenis? Mag ik ze erop wijzen dat onze lonen al sinds jaar en dag een gematigde ontwikkeling kennen? Mag ik ze erop wijzen dat in de tijden van particuliere voorspoed schandalig gesneden is in de collectieve voorzieningen? Kortom: mag ik ze erop wijzen dat ik niet op hun gezeur en getreur zit te wachten, maar op hun daden, waaronder het juist nu inzetten van de in de afgelopen jaren verworven winsten? Voor anticyclische maatregelen hoeven we echt niet alléén naar de overheid te kijken. Ondernemers die zich tegenwoordig graag ‘maatschappelijk verantwoord optreden’ toedichten, kunnen zich nu als zodanig bewijzen. Dus kom niet aan met ontslagen en bedrijfsverplaatsingen, maar kom met extra investeringen om de economie een steuntje in de rug te geven. Wel beuren als het goed gaat, maar niet steunen als het slechter gaat – dat is níet verantwoord, dat is ónverantwoord ondernemen.

De overheid heeft natuurlijk ook een eigen taak in deze economisch mindere tijd. Ook voor haar geldt dat investeren juist nu extra effectief is. In zorg en onderwijs, in openbaar vervoer en veiligheid, in het op peil houden en brengen van de lage inkomens, in het gelijkmatiger maken van de inkomensverhoudingen en in het vragen van een wat grotere bijdrage in de maatschappelijke kosten aan hen die daarvan de minste last hebben. De overheid moet ook duidelijk maken dat massaontslagen nu níet kunnen. Níet in het bedrijfsleven, níet bij de overheid, níet bij de semi-overheid. Wie de werkloosheid niet wil laten groeien, moet er ook niet aan meewerken! Dus moet minister De Boer van Verkeer en Waterstaat laten weten dat we no way akkoord gaan met het de laan uitsturen van duizenden NS’ers. In plaats van minder mensen hebben we daar eerder meer mensen nodig. Werk is er zat!

Natuurlijk kan niet alles. Het zijn tijden waarin een beroep gedaan mag worden op de vakbeweging om mee te denken en mee te helpen. Maar laten de bonden tegen de ondernemers zeggen dat voor niets de zon opgaat. Als de lonen worden gematigd, moeten de ontslagen worden gestopt. Als het inkomen minder groeit dan gewenst, dan moet de veiligheid op de werkvloer en de sociale zekerheden voor de werknemers extra worden beschermd. Als op de giro minder geld komt, moet de publieke sector extra aangekleed worden. Zodat iedereen weet dat we kiezen voor samen-uit en samen–thuis, in plaats van voor de lusten voor weinigen en de lasten voor velen.

Natuurlijk kan nu ook niet alles, omdat de overheid moet waken voor een structureel begrotingsevenwicht. Over een langere periode moeten we proberen inkomsten en uitgaven in evenwicht te houden. Socialisten zijn als Zeeuwen: knap zuinig. Elke uitgegeven euro moet eerst ergens verdiend worden, zo zit dat. Maar laat ons in zo’n situatie dan ook geen euro onnodig uitdelen. Wij als SP hebben in deze tijden geen enkele behoefte aan lastenverlichting voor mensen die best zonder kunnen. We hebben geen enkele zin om de allerrijksten te sparen en de allerarmsten te treffen. Dus willen we graag, zeker nu we het geld echt nodig hebben, wat meer inkomstenbelasting van de allerrijksten, een wat groter deel van de winst van bedrijven, wat minder subsidie voor villabewoners, wat extra bijdragen van mensen die veel geld verdienen op de Beurs of anderszins in de vermogenssfeer goed boeren. Juist nu moeten we kiezen voor eerlijker delen.

Wij doen dat, daaraan mag iedereen ons houden. Mijn vraag aan Wouter Bos en Jan-Peter Balkenende is: wordt het nog liberaler of eindelijk socialer in dit land?